In de hoofdstukken 1 t/m 16 van het Besluit zijn de volgende regels opgenomen:
- Hoofdstuk 1: definitiebepalingen
- Hoofdstuk 2 en 3: onderwerpen van algemene aard, zoals de betrouwbaarheid en de integere bedrijfsvoering
- Hoofdstuk 4: met betrekking tot de beheerste bedrijfsoefening
- Hoofdstuk 5: over het uitbesteden van werkzaamheden
- Hoofdstuk 5a: over het instemmingsvereiste ten aanzien van centrale tegenpartijen en centrale effectenbewaarinstellingen
- Hoofdstuk 6: met betrekking tot het melden van die wijzigingen
- Hoofdstuk 6a: over het veilig stellen van geldmiddelen en het verlenen van krediet door betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen met zetel in Nederland
- Hoofdstuk 6b: over geregistreerde gedekte obligaties
- Hoofdstuk 6a: over het veilig stellen van geldmiddelen en het verlenen van krediet door betaalinstellingen en elektronischgeldinstellingen met zetel in Nederland
- Hoofdstuk 7 en 8: over verzekering bijkomende risico’s en de vertegenwoordiging
- Hoofdstuk 9 t/m 12a: de prudentiële regels met betrekking tot het minimumvermogen, solvabiliteit, liquiditeit, kapitaalbuffer, technische voorzieningen en het beleggingsbeleid van premiepensioeninstellingen
- Hoofdstuk 13: over rapportage
- Hoofdstuk 13a: over het verlenen van afwikkeldiensten
- Hoofdstuk 14: betreffende meldingsplicht van de controlerend accountant en de actuaris;
- Hoofdstuk 15: betreffende nadere invulling van enkele artikelen in de Wft over gekwalificeerde deelnemingen
- Hoofdstuk 15a: over het verlenen van betaaldiensten door tussenkomst van een betaaldienstagent
- Hoofdstuk 16: enkele slotbepalingen van de regeling